background branding

Uithuisgeplaatste kinderen kunnen ook na lange tijd terugkomen bij ouders

14aprilkinderen.jpg

Kinderen die uit huis zijn geplaatst, moeten ook nog na langer dan een half jaar of een jaar bij hun ouders terug kunnen komen. Op het moment bestaat er nog een richtlijn die ervoor zorgt dat kinderen na maximaal een jaar weggaan bij de ouders, maar de verwachting is dat deze na de zomer niet meer van kracht is, zegt De Volkskrant.  

Het Nederlands Jeugdinstituut (NJi) stelt de richtlijnen op samen met beroepsverenigingen. Deze verandering is belangrijk voor de ongeveer 420 kinderen van ouders die slachtoffer zijn geworden van de toeslagenaffaire. Deze kinderen leven gescheiden van hun ouders. Zij kunnen sinds vorige week gebruik maken van de diensten van een ondersteuningsteam van de overheid. Het totale aantal kinderen dat in Nederland in pleeggezinnen of instellingen leeft, bedraagt 46.000. 

Per gezin: wat is mogelijk?

Vanaf nu moet er per gezin bepaald worden wat mogelijk is, zonder zich te houden aan een algemene termijn. De richtlijn gaat pas in na de zomer, maar het is nu al de bedoeling dat de 'aanvaardbare termijn' minder strikt wordt nageleefd. 

De term 'aanvaardbare termijn' trad in 2015 in werking, zodat kinderen niet te lang onzeker waren over waar ze zouden opgroeien. Het nationaal kenniscentrum NJi stelde twee termijnen op: voor kinderen tot 5 jaar oud werd er maximaal een half jaar gewacht en voor kinderen van en boven 5 jaar stond er maximaal een jaar. De termijnen zijn 'indicatief', maar er staat ook: 'Als het binnen deze termijn niet mogelijk is om de omstandigheden voldoende te verbeteren, dan is een permanente uithuisplaatsing noodzakelijk.'

Een half jaar of jaar vaak te kort

Het idee achter deze maximale tijden was om de hulpverlening een duwtje in de goede richting te geven en tempo te maken met het terugplaatsen van kinderen bij hun ouders. Dit gebeurde echter niet altijd. Ouders vreesden de richtlijn, omdat ze na een half jaar of een jaar vaak nog niet de tijd hadden gehad de thuissituatie te verbeteren en hun kinderen als gevolg daarvan niet meer naar huis konden. 

Ontwikkelingspsycholoog Karlijn Stals van het NJi vindt dat het strikte hanteren van de aanvaardbare termijn 'niet wenselijk' is. 'Met de huidige lange wachtlijsten voor jeugdhulp en een tekort aan jeugdbeschermers werkt de richtlijn te veel in het nadeel van de ouders en kinderen. Ook als er in die tijd nog te weinig ondersteuning voor het gezin was geweest, kon de termijn gebruikt worden als argument om kinderen niet meer terug te laten gaan naar huis.' Volgens Stals is de richtlijn bedoeld als een instrument en niet als een wet. 

'Zo snel mogelijk blijven werken aan de terugkeer van het kind'

NJi-directielid Rutger Hageraats zegt dat de termijn niet de enige reden mag zijn om een kind van thuis weg te houden. 'De aansporing blijft om zo snel mogelijk te werken aan terugkeer en duidelijkheid te scheppen.' Samen met het ondersteuningsteam wil het NJi hiervoor zorgen. 

Stals zegt dat kinderen niet gelijk naar hun ouders en naar huis kunnen. 'Het uitgangspunt blijft: wat is de beste plek voor een kind. Die afweging is hartstikke ingewikkeld. Terugplaatsing is wel heel lastig als het kind bijvoorbeeld al vijf jaar uit huis is.'

De afweging moet zorgvuldig worden gemaakt, benadrukt Stals. 'Die maken professionals met het gezin. Daarbij moeten ze ook overleg met en tegenspraak van andere professionals organiseren.' Volgens haar kan een nieuwe richtlijn dat beter uitleggen. Ook moet het gaan over welke factoren zorgverleners mee moeten wegen, zoals de hechting van het kind, de hulp die al ingezet is in het gezin en wat de resultaten daarvan waren.

'De richtlijn doet geen recht aan de verschillen die kunnen spelen'

Het is een ingewikkelde beslissing of een kind teruggeplaatst wordt in het ouderlijk huis. Dat moet volgens Stals dus maatwerk zijn. De richtlijn doet volgens haar nu geen recht aan de verschillen die kunnen spelen. 'Daarom is een aanpassing nodig.'

Universitair docent Joost Huijer, specialisatie in familierecht, is het met Stals eens. 'Als er zoveel jaren zijn verstreken, kun je dan nog een kind weghalen als dat is gehecht in een pleeggezin? Dan kan het terugdraaien van een uithuisplaatsing niet in het belang zijn van het kind.' Huijer noemt het 'tragisch'. 

Bron: ANP / De Volkskrant