Knallend het nieuwe jaar in? Aantal vuurwerkverkooppunten daalt
Vuurwerk is op minder plekken in Nederland te koop als voorheen, dit blijkt uit een rondgang van het AD. Zo’n 338 winkeliers zijn gestopt met het verkopen van de feestartikelen. Maar daarentegen is de vraag naar vuurwerk gestegen, waardoor de overgebleven winkels het drukker hebben.
Drie jaar geleden waren er nog 1387 vuurwerkverkooppunten, dit jaar zijn er nog 1049 van over. Dit is een daling van 24 procent, volgens opgevraagde cijfers van de 29 regionale omgevingsdiensten die toezicht moeten houden. Waarschijnlijk hebben deze cijfers te maken met de coronamaatregelen, waardoor er twee jaar geen vuurwerk verkocht mocht worden. Veel ondernemers kiezen ervoor om niet meer met de handel te beginnen, ondanks dat vuurwerk dit jaar weer wel verkocht mag worden.
In Friesland stoppen relatief meer winkeliers
Een aantal provincies hebben naar verhouding meer winkeliers die stoppen met de handel. Denk aan Friesland met -40 procent, Groningen met -36 procent en Drenthe met -32 procent. In Flevoland met -13 procent en Gelderland -10 het minst.
‘Volgend jaar stoppen we helemaal’
Onder meer 25 vestigingen van Pets Place Boerenbond willen stoppen met de verkoop van vuurwerk. Het bedrijf laat weten: ‘Oud en Nieuw is voor veel huisdieren een moeilijke tijd juist vanwege al het vuurwerk. Het past daarom niet meer in de filosofie van het bedrijf om dit in ons assortiment te houden.’ De voorraden die ze nog hebben, worden nog wel verkocht. ‘Maar volgend jaar stoppen we helemaal’, aldus Bart Scheffer, operationeel directeur bij Pets Place Boerenbond.
Ook zelfstandigen willen stoppen met de handel. Sommige winkeliers laten weten dat de voortdurende discussie over een landelijk vuurwerkverbod een rol speelt.
Vraag naar vuurwerk gestegen
Volgens de vuurwerkbranche is de vraag naar vuurwerk er niet minder op geworden. Importeurs zien namelijk al meer bestellingen dan in 2019. ‘De verkoop gaat boven verwachting goed. Ik denk dat mensen na twee jaar weer zin hebben in een feestje. De angst dat het wellicht toch een keer wordt verboden speelt misschien ook mee’, vertelt voorzitter Leo Groeneveld van Belangenvereniging Pyrotechniek Nederland.
Bron: AD