Gesjoemel met honing: deze soorten kies je beter níét

260321 honing.jpg

Honing bestaat voor vier vijfde uit suikers. Als natuurlijke zoetstof is het een alternatief voor kristalsuiker. Echte honing althans, want met honing wordt vaak gesjoemeld. In de supermarkt vind je bijvoorbeeld soorten die met suikerwater werden aangelengd. Welke keuze maak je?

Om honing in potten te kunnen gieten zodat het kan worden verkocht, wordt het eerst verwarmd. Voor biologische en Nederlandse honing gebeurt dat op maximaal 40 å 45 graden Celsius, om de goede kwaliteiten te behouden. Aan hogere temperaturen breken de enzymen namelijk af, waardoor de honing aan voedingswaarde inboet. 

Honing uit het buitenland?

Verschillende buitenlandse (niet-biologische) honingproducenten verwarmen de honing in hun potten echter wel op hogere termperaturen. De meeste honingsoorten die je in onze winkelschappen aantreft, komen uit Oost-Europa, Argentinië, Mexico en Nieuw-Zeeland. Als je 'gezonde' honing wilt kopen, moet je dus wel even zoeken naar een biologische of Nederlandse soort.

Aangevuld of bijen gevoerd met suikerwater

Er is nog een reden om het land van herkomst na te gaan. In de wintertijd voeden imkers bijen met suikerdeeg, een oplossing van water en suiker, omdat ze te weinig honing overhouden om de winter te overleven. Als dat ook in de bloeiperiode zou gebeuren, zou het suikerwater in de maag van de bijen de honing die ze produceren veranderen. 

Sommige buitenlandse honingproducenten – we kunnen ze niet altijd ambachtelijke imkers noemen – halen meer honing weg en voeden steevast met suikerdeeg, of: ze vullen hun honing bij met suikerwater. Via het etiket van de honingpot kun je niet altijd nagaan of een honingproducent suikerwater gebruikt. Biologische imkers doen het alvast niet. 

Biologische honing biedt zekerheid

Biologische honing is duurder, maar je bent wel zeker dat je van echte honing en zijn kwaliteiten geniet, zoals een uitgesproken smaak. Je kunt ook je lokale (hobby)imker vragen naar zijn productiewijze. De praktijk van honingmerken is moeilijker na te gaan.

'Speciale' soorten vaak bloemenhoning

De honingfraude stopt daar niet. Onder meer een onderzoek van Consumentenbond in 2014 wees uit dat de meeste exclusieve (en duurdere) honingsoorten, zoals acacia-, tijm- en manukahoning, niets meer zijn dan gewone, goedkope bloemenhoning of bloemenhoning aangevuld met een 'speciale' honingsoort. 

En dan heb je nog deze verschillen

Sta je voor het winkelschap en wil je een doordachte keuze maken, dan ben je je beter ook bewust van het grote aantal verschillen. Naast de 'productiewijze' verschillen honingsoorten ook op het vlak van smaak en geur, kleur, textuur, toepassing én prijs. 

Zo bepalen de bloemen die de bijen bezoeken (en eventuele kruiden) de smaak en geur. Sommige soorten zijn ook bijvoorbeeld vloeibaarder dan andere, waardoor de ene honing beter geschikt is om in thee of yoghurt te mengen, de andere smeer je makkelijker op brood. – Je wacht trouwens beter tot je thee wat afgekoeld is voor je er wat honing in doet, als je van de goede kwaliteiten van honing wil profiteren. 

De prijs is veelal afhankelijk van hoe goed de bloemensoorten te vinden zijn. Zo is heidehoning door de schaarste van heidevelden vaak duurder dan andere honingsoorten. Duurder is dan ook niet altijd gezonder.

Kijk verder dan bloemenhoning en de prijs

Elke honing heeft zijn specifieke eigenschappen, een consument heeft ampel keuze. Desondanks kiezen de meeste mensen toch voor goedkope bloemenhoning. Bloemenhoning wordt uit verschillende soorten honing samengesteld. Geen zuivere, natuurlijke honing recht uit de imkerkast dus, zoals velen willen geloven. Een kritische consument kiest niet zomaar voor de goedkoopste honing, maar zoekt uit welke soort bij hem of haar past: waarvoor gebruik je de honing? Als je honing rechtstreeks van een imker koopt, kun je hem of haar ook om advies vragen.

Grote bijensterfte: hoelang kunnen we nog honing kopen?

Het is overigens onzeker dat we nog lang van (natuurlijke) honing zullen kunnen blijven genieten. Wetenschappers wereldwijd maken zich al tijden zorgen over de hoge sterftecijfers onder de honingbijen en de impact op ons leven. Met de Nederlandse honingbijen gaat het vooralsnog prima. Wel zijn er geen wilde bijenpopulaties (meer): in ons land worden alle honingbijen door imkers gehouden.