background branding

Wild in de supermarkt is niet altijd echt wild

Wild

Met de kerstdagen zetten veel mensen wild op tafel. Hoewel de NVWA wildvlees controleert, kan het hoge concentraties zware metalen bevatten. Zo behandelen we in de uitzending van 18 december 2023. Koop je jouw hertenbiefstuk, konijnenbout of zwijn in de supermarkt? Dan is het vaak helemaal niet wild. 

Wild te riskant voor supermarktketens

Levensmiddelentechnoloog IJsbrand Velzeboer legt uit dat wild in de supermarkt vrijwel altijd ‘tam’ wild is. Consumenten denken dat konijnen, eenden en herten wilde dieren zijn, maar het vlees in de supermarkt komt vaak van fokkerijen. Veel eendenvlees wordt bijvoorbeeld gekweekt in Frankrijk, hert in Nieuw-Zeeland en konijn in België. 

“Echt wild is te riskant voor de supermarktketens dus daar beginnen ze niet aan”, vertelt Velzeboer, “Het heeft vaak beperkingen voor wat betreft de logistiek, de verschillen in grootte van de dieren en de beperkte houdbaarheid.” 

Wild is onhandig qua voorraad

Ook kun je bij echt wild de voorraad van je winkel moeilijk op peil houden. Je kunt van tevoren namelijk niet weten hoeveel dieren er geschoten kunnen worden. Je kunt moeilijk naar de Veluwe bellen en 30 herten bestellen. Bij gefokte dieren kan dit wel. 

Term ‘wild’ is niet beschermd

De term ‘wild’ is dan ook niet beschermd in de Nederlandse Warenwet. Ook een gefokt dier van een soort dat in de vrije natuur voorkomt, mag daarom als wild verkocht worden. Vandaar dat je herten, zwijnen, fazanten en konijnen soms toch met het label ‘wild’ in de supermarkt kunt vinden.

Hoe weet je of je echt wild koopt?

Het is daarom niet altijd even duidelijk of het vlees dat je koopt van een wild of van een gefokt dier komt. Supermarkten bestempelen hertenbiefstukken of eendeborstfilets ook niet altijd meer als wild, maar spreken bijvoorbeeld van ‘een milde wildsmaak’. 

Wil je zeker weten dat je echt wild koopt? Dan kun je volgens Velzeboer terecht bij de Hanos. “Ook de lokale poelier of slager zal wat echt wild verkopen.”