background branding

Maandenlange wachttijden voor ziekenhuiszorg: hoe heeft het zover kunnen komen?

ziekenhuis zorg.jpg

Ziekenhuizen kampen al jaren met lange wachttijden die nauwelijks korter worden. Hoewel het niet om acute zorg gaat, kan het wachten grote gevolgen hebben, blijkt na een oproep van Radar. Hoe heeft het zover kunnen komen?

Vertrouwen in de Nederlandse zorg

Incontinentie en terugkerende blaasontstekingen: het is de realiteit voor Annemarie van Mackelenbergh (61). Artsen in Nederlandse ziekenhuizen weten geen oorzaak te vinden. “Maar ik ben te jong om dit te accepteren”, besluit ze na jaren.

Van Mackelenbergh vraagt een second opinion aan in een ziekenhuis in Antwerpen, omdat ze geen vertrouwen meer heeft in de Nederlandse zorg. Daar komen artsen erachter dat haar bekkenbodem ernstig verzakt is als gevolg van drie zware bevallingen. 

Wat is een verzakking?

Op de bekkenbodem rusten de baarmoeder, blaas en dikke darm. Bij een verzakking zijn de bekkenbodemspieren en het bindweefsel uitgerekt of beschadigd, waardoor de organen naar beneden zakken. Maar liefst 25 procent van de vrouwen krijgt er (in verschillende gradaties) mee te maken, blijkt uit cijfers van het UMC Utrecht.

“Als ik dit dertig jaar geleden geweten had, dan was me een hoop ellende bespaard”, verzucht Van Mackelenbergh. De problemen stapelen zich namelijk op als gevolg van haar verzakking. Zo heeft ze nu ook last van haar heupen en rug. “Dat kan pas aangepakt worden als mijn bekkenbodem op zijn plek zit.”

Nu er een diagnose is, hoopt ze in Nederland geholpen te kunnen worden. Het liefst in een ziekenhuis in de buurt. Als er een brief van het Tilburgse Elisabeth Tweesteden Ziekenhuis op de deurmat valt, schrikt ze enorm: de wachttijd is minstens vijf maanden.  “Het is vernederend om hier nog zoveel langer mee rond te moeten lopen. Ik betaal genoeg voor ‘onze’ zorg, maar kan er niet op rekenen”, besluit ze. 

Aanhoudend personeelstekort

Van Mackelenbergh is niet de enige die lang rondloopt met vergaande klachten door de lange wachttijden. Radar kreeg na een oproep tientallen mailtjes van gedupeerden. Waarom moeten zoveel mensen wachten op een ingreep?

Al jaren lopen de wachttijden op door een personeelstekort. “Daarbovenop hakte de coronapandemie er flink in”, zegt Wim Groot, hoogleraar Gezondheidseconomie aan de Universiteit Maastricht. Zo kreeg verpleegkundig personeel het tijdens de coronapandemie zwaar te verduren, waardoor er groot ziekteverzuim ontstond. En nog steeds: op het moment zit zo’n 10 procent van de verpleegkundigen thuis.

Uitstroom in sector groot

Ook is de uitstroom van zorgpersoneel groot: bijna de helft van de werknemers verlaat de werkgever binnen twee jaar. Het ziet er niet naar uit dat dit op korte termijn beter wordt. Uit een recente peiling van belangenorganisatie De Zorg Community onder 5.500 zorgmedewerkers blijkt dat 80 procent van hen het werk niet denkt vol te houden. De zorgzwaarte is volgens hen te hoog en de bezetting te laag. 

“De uitstroom in combinatie met de groeiende zorgvraag leidt ertoe dat de tekorten voorlopig nog niet zijn opgelost”, verwacht Groot. De zorgvraag neemt toe door demografische veranderingen. Ouderen verlaten de arbeidsmarkt en worden zorggebruikers. Aan de andere kant komen er juist minder mensen bij die de arbeidsmarkt betreden. 

Lang wachten op zorg? Kijk om je heen

Voor wie op een lange wachtlijst terechtkomt, kan het lonen om zelf te zoeken naar een alternatief. Dat kan bijvoorbeeld op Zorgkaart Nederland, waar elke twee weken de laatste wachttijden worden geüpdatet. Per ziekenhuis en behandeling kunnen de wachttijden enorm verschillen. 

Ook heeft elke zorgverzekeraar een afdeling wachtlijstbemiddeling. Een zorgcoach of -adviseur kan helpen bij het zoeken naar een plek waar je sneller terecht kan. 

Daar zitten wel wat haken en ogen aan. Zo kun je vaak niet sneller in je ‘eigen’ ziekenhuis terecht. Ook ben je zelf verantwoordelijk voor de overdracht van je medische gegevens, want de zorgverzekeraar mag die omwille van privacy niet zomaar doorgeven. Alle voor- en nadelen van wachtlijstbemiddeling zijn op de website van de Consumentenbond te vinden.  

Ruim 60.000 openstaande vacatures

Inmiddels zijn er 63.200 openstaande vacatures in de zorg. De oplossing? Die ligt volgens Groot grotendeels in een goed personeelsbeleid en betere arbeidsvoorwaarden. Dat maakt de sector aantrekkelijker en houdt werknemers langer vast.

In het Integraal Zorgakkoord (IZA), dat in 2023 door dertien partijen is ondertekend, wordt de oplossing vooral gezocht in meer opleiden, minder administratie, digitalisering en het verbeteren van (regionale) samenwerking. Onder de ondertekenaars zijn onder meer de Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen en het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS).

Volgens Tommie Niessen, verpleegkundige en initiatiefnemer van De Zorg Community, blijken deze plannen niet van het papier af te komen. “Het is al jaren zichtbaar dat met de huidige bezetting de zorgvraag van de mensen die zorg nodig hebben, niet meer gegarandeerd is”, zegt Niessen. “We staan op het punt om nog meer mensen te verliezen, in plaats van te winnen.”

Rol zorgverzekeraars

Ook voor zorgverzekeraars ligt een rol bij het terugdringen van de lachte wachttijden, concludeerde de Nederlandse Zorgautoriteit (NZA) in 2022 na onderzoek. “Nu zijn zij vooral faciliterend en te weinig sturend op een goede verdeling van de schaarse beschikbare capaciteit”, concludeerde de zorgwaakhond. 

In 2023 voert de NZA vervolgonderzoek uit. Als proactief handelen uitblijft, dan wordt er overgegaan op vervolgmaatregelen voor de zorgverzekeraars “om te zorgen dat de zorgplicht wordt nageleefd.” 

Nederland vs België

Wat Annemarie van Mackelenbergh verbaast, is dat ze in het ziekenhuis in Antwerpen wél snel geholpen kon worden. Ze ging naar een arts, kon vlug een scan laten maken en wist snel wat er speelde. Waarom lukt het in België wel, ondanks dat daar ook sprake is van een hoog ziekteverzuim door corona?

“In België zijn veel meer artsen”, legt hoogleraar Wim Groot uit. “In Nederland hebben we te maken met een veel strenger beleid wat betreft het opleiden van artsen en we hebben strakke capaciteitsplanningen. In België is dat veel minder, waardoor - overdreven gezegd - de artsen daar vechten om patiënten en in Nederland de patiënten voor artsen.”