1 op de 3 heeft last van een winterdip of winterdepressie

deze-man-wil-je-uit-zn-winterdepressie-helpen_780.jpg

Een derde van de respondenten heeft weleens last gehad van een winterdip en/of –depressie, vrouwen vaker dan mannen. In de meeste gevallen gaat het om een eigen diagnose. Bij 6 procent heeft een arts het vastgesteld. De winterdip komt onder de ondervraagden zo'n 3 keer vaker voor dan de seizoensgebonden depressie.

Een winterdepressie is, zoals de naam al zegt, een seizoensgebonden depressie, met klachten die juist in de herfst- en wintermaanden opspelen. Mildere vormen van de winterdepressie bestaan ook. Dat wordt een winterdip genoemd, of winter- of herfstblues.

Vermoeid, maar geen dip of depressie

Van de ruim 30.000 respondenten geeft een derde aan last te hebben van een winterdip of -depressie. Nog eens een derde van de respondenten heeft wel last van een enkele seizoensgerelateerde klacht, maar spreekt daarbij niet van een dip of depressie. Het gaat in dat geval vooral om vermoeidheid en veel slaap nodig hebben, een verhoogde eetlust en (dientengevolge) gewichtstoename. In de open antwoorden worden kouwelijkheid en gewrichtsklachten veel genoemd. Ook geven sommigen aan juist echte wintermensen te zijn, en te genieten van het najaar.

Somberheid versus minder fit en uitgerust

Een winterdip wordt door de deelnemers aan het onderzoek vooral in verband gebracht met lichamelijke klachten, een depressie vaker met geestelijke klachten. Bij mensen met een depressie spelen bovendien meer verschillende klachten dan bij degenen met een dip of blues.

Bij de winterdip staat vermoeidheid op nummer 1 van de klachtenlijst. Op de tweede en derde plek staan somberheid en je niet uitgerust voelen. Veel mensen voelen zich ook lichamelijk minder fit en geven aan veel slaap nodig te hebben.

In het geval van een depressie is somberheid met maar liefst 80 procent van de 'stemmen' het meest genoemde symptoom, gevolgd door vermoeidheid en lusteloosheid. Mensen voelen zich daarnaast niet uitgerust, ondanks voldoende slaap, en zijn prikkelbaar.

Wanneer het buiten somber wordt

Voor de meesten is het een terugkerend fenomeen: 52 procent heeft ieder jaar met een dip of depressie te maken, bij 40 procent is dat soms wel, soms niet. Bij slechts 2 procent is het iets eenmaligs.

Hoe lang duurt de vermoeid- en somberheid? Dat blijkt erg verschillend. Bij 28 procent houdt het de gehele herfst en winter aan, nog eens 30 procent is er tot 3 maanden zoet mee. Bij ongeveer een kwart duurt het maximaal een maand. Een minderheid, 1 op de 6 mensen, heeft een paar dagen tot een week de blues. Zoals te vermoeden, houdt een depressie doorgaans langer aan dan een dip: bij 80 procent duurt de depressie 3 tot 6 maanden lang.

Het startschot voor de winterdip of –depressie is vooral het sombere weer: bij 44 procent zet het in wanneer het kouder wordt, bij 39 procent wanneer er meer neerslag begint te vallen. Bij een derde begint het wanneer het nog donker is als de wekker gaat. Voor 31 procent is het ingaan van de wintertijd het startpunt van een dip of depressie. En voor 29 procent het besef dat de zomer nu echt voorbij is.

De winterdepressie te lijf

Wie zich in de herfst en winter minder fit voelt, pusht zichzelf meestal om toch gewoon door te gaan. 55 procent zegt dat te verkiezen boven aan de dip of depressie toegeven – dat doet slechts 5 procent. Wat helpt? We kijken naar zowel de groep die geen klachten heeft als naar de ervaringsdeskundigen.

Van wie geen klachten heeft, probeert 44 procent de blues of depressie actief te voorkomen. Het thuis gezelliger maken staat bij deze groep op nummer 1: ruim een kwart zet dit in tegen een eventuele winterdip. 1 op de 5 gaat overdag meer naar buiten. 14 procent beweegt meer, 12 procent doet het juist wat rustiger aan. 1 op de 5 bestrijdt somberheid door vrienden en gezelligheid op te zoeken. In de open antwoorden noemen sommigen de zonnebank als remedie - daaraan kleven echter weer andere risico's, zoals huidkanker.

Wat is de ervaring van degenen die juist wél die dip of depressie ervaren? Ook zij maken het huis gezelliger (90%), gaan vaker overdag naar buiten (86%), slapen meer (85%) en doen het rustig aan (84%). Rond de 80 procent zoekt vrienden en gezelligheid op en beweegt meer. Of dat ook helpt, is weer een andere vraag. En die hebben we uiteraard ook gesteld.

Zoek (zon)licht op, maar sta er niet te vroeg voor op

Het meest positief zijn mensen over de zon opzoeken. 40 procent heeft dit uitgeprobeerd, en 88 procent zegt dat het goed of in ieder geval een beetje werkt. Goed nieuws voor wie niet op vakantie kan of wil: gewoon thuis meer daglicht vangen helpt ook. Overdag naar buiten gaan staat namelijk op de tweede plek: 83 procent is daar positief over. Volgens 82 procent helpt gezelligheid thuis. 79 procent heeft goede resultaten geboekt met meer bewegen. Gezelligheid en/of vrienden opzoeken helpt volgens 72 procent. Twee derde van degenen die het heeft uitgeprobeerd is positief over het effect van lichttherapie. In de open antwoorden worden verder muziek, bezoekjes aan de sauna, en geestelijke verzorging zoals mindfulness.

De minst effectieve maatregel is volgens de ervaringsdeskundigen vroeg opstaan. Voor 44 procent werkt dit slecht, voor 18 procent zelfs averechts; het maakt de klachten alleen maar erger. Ook coaching en een aangepast dieet worden vaker als slecht werkend bestempeld dan als effectief. De betreffende diëten lopen erg uiteen: de een geniet in het najaar van stamppot, erwtensoep en pepernoten, de ander zweert juist bij lichte maaltijden en extra fruit.

45 procent zet in het najaar weleens voedingssupplementen tegen de winterdip of -depressie. Vooral vitamine D en overige, vrij verkrijgbare vitaminen- en mineralenmiddelen zijn populair. 12 procent slikt melatonine – vaker op 'eigen' recept dan op recept van de dokter, zoals al eerder onderzocht onder de panelleden. Bijna een kwart slikt antidepressiva tegen zijn of haar winterdepressie.

Lees ook het artikel van Zorg.nu over de winterdepressie:Hoe voorkom je een winterdepressie en wat doe je ertegen?Over dit onderzoek

De resultaten van dit onderzoek verschenen eerder in het winternummer van het magazine RADAR+. De vragenlijst stond 31 oktober en 7 november 2017 open, 30.694 mensen deden eraan mee. Zij zijn allen lid van het Radar Testpanel. Deze groep van meer dan 100.000 personen, verspreid over het land, wordt regelmatig uitgenodigd om mee te doen aan de onderzoeken van Radar. Op deze manier delen zij hun mening en ervaring. Ook de uitnodigingen ontvangen?Meld je gratis aan via deze vragenlijst